Bommen op de school van zijn 10-jarige zoon Mohamad Jedah. Dat was de druppel voor de 38-jarige Anas Alkanakny, die tot dan toe een normaal leven leidde in een plaatsje in de buurt van Damascus in Syrië. Wat volgde was een levensgevaarlijke reis samen met zijn zoon, inclusief hachelijke boottocht zoals we die van de journaals kennen. Die reis eindigde afgelopen mei in een huurwoning van Mooiland in Gennep. Maar het einde van een nachtmerrie? Nee, dat helaas niet.
Een baan als schoenenverkoper, een vrouw en vier kinderen, een huis, een auto en een goed leven. Anas Alkanakny had het allemaal toen de oorlog in Syrië uitbrak. Het enige wat daarvan is overgebleven, zijn de vrouw en vier kinderen. Zijn vrouw en drie dochters bleven noodgedwongen achter in Syrië, zijn zoon zit bij hem aan tafel in de huurwoning van Mooiland.
Gebroken is ook hoe de man oogt. De keuze om vrouw en dochters achter te laten was niet makkelijk, en de keuze om zijn zoon mee te nemen op de vlucht was misschien nog moeilijker. “Ik had niet genoeg geld voor ons allemaal. Daarom besloten we het op deze manier te doen. Ik probeer hier nu werk te vinden om vervolgens mijn gezin ook te kunnen laten komen, maar daarvoor moet ik eerst Nederlands leren spreken. Daar begin ik na de schoolvakantie mee. Gelukkig maar, want de dagen duren erg lang zonder werk.”
Zoon Mohamad Jedah spreekt al een aardig woordje Nederlands, al is hij samen met zijn vader krap een half jaar in ons land. Op school is het leuk en zijn er geen zorgen voor bommen. Toch verhullen zijn ogen nauwelijks dat Mohamad Jedah al meer zag en meemaakte dan goed is voor een 10-jarige jongen. “Het gaat redelijk met hem”, fluistert zijn vader, die zelf kampt met nachtmerries over zijn door oorlog verscheurde thuis. “Niemand is het leven daar zeker. Bij elke controlepunt op straat kan het zomaar mis gaan.”
Taakstelling overheid
Via Ter Apel en Heerlen kwamen vader en uiteindelijk in Gennep terecht. Ze zijn statushouder; dat wil zeggen dat ze voorlopig in Nederland mogen blijven en een kleine uitkering krijgen. Mooiland en de gemeente Gennep proberen samen te voldoen aan een taakstelling van de rijksoverheid rond de opvang van statushouders. Die taakstelling legt extra druk op de beschikbaarheid van voldoende huurwoningen in Nederland. Mooiland pleit onder meer voor uitbreiding van het aantal (tijdelijke) sociale huurwoningen.
Sociaal is gelukkig wat de buren zijn als het gaat om de nieuwkomers uit Syrië. Op de vensterbank staat een piepklein televisietje. “Gekregen van de buren”, zegt Anas. Het maakt vooral de avonden wat draaglijker in het verder stille en kale huurhuis. Zorgen voor zijn zoon en contact onderhouden met zijn vrouw en dochters in Syrië, dat is de voornaamste dagbesteding van Anas. Gelukkig woont even verderop ook een Syrische statushouder. Met hem praat Anas veel over wat hen is overkomen.
Wat hij het liefste wil? Zijn gezin naar Nederland laten komen is een hartenwens, maar het allerliefst ging hij naar ze terug in Syrië, als de bommen niet langer vallen. Hoe lang dat duurt? “Dat weet helemaal niemand”, zegt Arnas stilletjes.
